zondag 9 juni 2013

Budosenmon en de Kodokan in Nederland

Je kunt in Nederland nog steeds op twee manieren kata beoefenen. De gewone weg is uiteraard de Kodokan - standaard.

Toch heeft de JBN nog geen afscheid genomen van de eigen Nederlandse manier van kata beoefenen. Nóg niet. Want voor de kata-wedstrijden is volgens de website van de JBN de Kodokan-standaard (zoals de IJF die ook aanhoudt) de norm van beoordeling... Wat is die Nederlandse manier dan? Dat is wat Chris de Korte en Edgar Kruyning 'Busen' noemen, een eigen interpretatie van de kata van de Butokukai/Budosenmon: 
"... Een aantal jaren na de oorlog werd het weer toegestaan om onder streng toezicht van de Japanse overheid het onderwijs van Budo disciplines en natuurlijk ook Judo wederom op te zetten. Echter Japan was door de internationale gemeenschap door hun oorlogsverleden aan strenge regels gebonden.
 
De Nederlandse judogeschiedenis is ontstaan doordat in de jaren 50 Japanse leraren uit Japan naar Europa zijn gekomen. Het Nederlandse Judo heeft vooral veel invloed gehad van leraren die geschoold waren in de Budosenmon, het opleidingsinstituut van de Dai Nippon Butokukai organisatie te Kyoto waar de hoofdzetel gevestigd was. Hierdoor heeft Nederland altijd in het verlengde van de Budosenmon en volgens hun visie de Judo Kata gedoceerd en uitgevoerd.

In de zestiger jaren en de jaren daarna zijn er enkele Judoleraren gekomen die zich deze scholing eigen hebben gemaakt in Japan en in Nederland en hebben zodoende deze Budosenmon methode van Kata onderwijs voortgezet. Doordat er sinds een paar jaar Judo leraren actief de Kodokan methode van Kata uitvoering bestuderen is er een vergadering belegd alwaar beide uitvoering wijze zijn getoond en besproken. Tijdens deze vergadering van het College Hogere Danhouders Judo, welke door de Commissie Hogere Danhouders Judo en de leden van de Nationale Graden Commissie Judo op 05 juni 2005 werd gehouden is – door stemming – besloten dat vwb. de uitvoering van de Judo Kata een tweesporenbeleid zal worden gevoerd, nl.  de zienswijze van de Budosenmon, en de zienswijze van de Kodokan."   (bron: JBN)
Klopt dit? Een bedenking vanuit historisch standpunt. Het is natuurlijk duidelijk, dat het judo in Nederland sterk getekend is door de Busen, en in zekere zin ‘anti-Kodokan’ genoemd mag worden. Michigami was ook al in Geesinks tijd adviseur van de JBN en dat gaf toen al spanning naar de Kodokan en Japan (zie de geschiedenis van de beroemde Bombshell Announcement van Michigami).

Wat nu echter doorgaat voor Busen-judo, is in feite niets anders dan het Busen-judo van vóór 1946, omdat er daarna geen officiele ontwikkeling meer geweest is. De heroprichting van de Butokukai, en later de DNBK (Dai Nippon Butoku Kai) als organisatie, is meer een cultureel verband voor alle gevechtskunsten, dan een judokoepel – daarin kan ze niet tegen de IJF op. In Nederland is de Busen-lijn sterk bewaard, in Engeland en Italie ook. Alles wat Europeanen via Abe, Michigano, Kawaishi en Hirano hebben geleerd, is in elk geval traditioneel judo van voor 1950, qua techniek en uitvoering. Het is met Busen als met het Hebreeuws in Israel. Het oorspronkelijke Hebreeuws was alleen in de letters bewaard, maar een dode taal geworden tot 1948. wat men in Israel nu spreekt is neo-Hebreeuws. Het is het wel en niet. Wat nu in Nederland voor Busen doorgaat, is een vorm van traditioneel Europees judo met moderne aanpassingen. Het enige wat zeker klopt, is dat de sensei's in de traditie van de Butokukai staan...
Niet zo lang gelezen werd ik geconfronteerd met mensen die claimen de kata te doen volgens de Butokukai standaard en niet die van de Kôdôkan, en in Holland is het iemand nu toegestaan een van beide te laten zien bij dan-examens. Een boodschap van die strekking van Holland's kata-specialist de Korte is te lezen op de website van de JBN. Dit klinkt allemaal goed, maar in feite is het niets meer dan een hoop onzin. Niemand van de mensen die claimen de Butokukai jűdô-kata te doen, zijn ooit in de Butokukai geweest, laat staan dat ze daar jűdô hebben geleerd, en geen van hun eigen senseis. De Butokukai was gesloten in 1946, wat 60 jaar geleden is. Neem aan dat iemand 18 jaar was toen hij de Butokukai binnenging, wat zou betekenen dat hij nu 78 jaar oud zou zijn. Nou, bedenk dan dat de Butokukai in Kyôto was en niet in Tôkyô. Degenen die er geweest zijn of ver weg van Tôkyô kunnen je vertellen dat zelfs vandaag de kennis van het Engels onder de mensen in Kyôto nog extreem beperkt is. 78 jaar geleden, zonder TV, video, of misschien een Japanese-Westers woordenboek, hoeveel mensen zouden in staat zijn om full-time les in het Japans te volgen? Heel weinig. Maar wat veel belangrijker is: er is niet zoiets als een Butokukai-stijl nage-no-kata of andere kata. In 1906 werden de standaarden voor sommige kata overeengekomen, en natuurlijk waren er individuele verschillen, en natuurlijk was Isogai in Kyôto terwijl Kanô, Nagaoka, en Yamashita in Tôkyô waren. Maar de boeken van Isogai geven geen andere manieren van kata dan de boeken van Nagaoka of Yamashita. Het enige verschil is, dat elke evolutie van kata in de Butokukai ophield aan het einde van de Tweede Wereldoorlog, terwijl de ontwikkeling in Kyôto doorging. Mensen als Kenshirô Abe en Tokio Hirano, die zelf in de Busen waren geweest, hadden de meeste van hun technieken natuurlijk niet geleerd in Tôkyô maar in Kyôto - maar dat was voor de kata niet zo verschillend. Wat verschillend is, dat toen Hirano en Abe (Kenshirô) kata-onderricht gaven in Europa, ze doorgaven wat ze jaren geleden zelf hadden geleerd, dus zonder de updates, dus eerder een kronkelweg. Pas toen zij weg waren en mensen zelf naar Japan gingen en andere Japanse meesters op bezoek kwamen, werden deze updates geintroduceerd. Deze geschiedenis is relevant voor de huidige discussie in termen of het acceptabel is om kata te beoefenen in een stijl die anders is dan wat de Kôdôkan vraagt?
(Cichorei Kano, Judoforum 18-11-2006)

Wat zou het verschil kunnen zijn tussen de Busen-kata van de oude meesters als Abe, Michigami en Hirano, vergeleken met de Kodokan-kata? Dezelfde Chichorei Kano zegt daarover heel kort:
Typerend voor de kata van deze sensei was, dat ze meer werd bepaald door effectiviteit en realisme, dan door formaliteiten.
(Cichorei Kano, Judoforum 18-9-2008)
Waarschijnlijk is dat waar en is dat ook het enige wat echt hout snijdt in de hele discussie. Het verschil tussen levend judo en vormelijk judo. Een strijd die nu door alle scholen heen loopt, en vandaag de dag dé uitdaging is voor de Kodokan-kata-experts: hoe houden we kata een levende, vloeiende beweging, om het met Hirano te zeggen: een nami (golf), uitdrukking van de diepste principes van 'ju' in kata.  

De strijd tussen Kodokan en Butokukai is op die manier eigenlijk een strijd geworden van het verleden. Er is nu maar één wereldwijd dominant judo en op wedstrijdniveau is het resultaat belangrijk. Daarin zien we dat de effectiviteit voorop staat, maar dat ook nu juist vanuit de Kodokan en de IJF ook en vooral gekeken wordt naar judo zoals het bedoeld is en niet alleen 'trekken en sleuren'. In Amerika is het judo sterk door BJJ beinvloed; in Rusland en Oost-Europa door Sambo en bij ons dus wellicht door de 'Busen'-traditie. Maar... kun je nog wel onderscheid maken tussen de stijlen? 

Alleen op het gebied van de kata is het laatste woord helaas nog niet gezegd. BJJ en Sambo kennen geen kata en kata is sowieso (helaas) iets van de hogere dangraden. Een strijd op de achtergrond dus.

Wat dus wel op de voorgrond blijft spelen, is de strijd tussen het dominante 'sportjudo' en het 'traditioneel judo'. In Nederland lijkt deze strijd niet te bestaan, maar in Engeland en Italie speelt dat heel duidelijk. Daarbij wordt de budo-filosofie van de Butokukai als breekijzer en historische legitimatie gebruikt, maar ook hiervoor geldt: welke Butokukai? De Kyushindo? Dat is dan op zijn zachtst neo-busen. Wie judo beoefent in de lijn van Abe of Hirano staat in een zekere traditie, maar om dat toe te schrijven aan de Butokukai of de oorspronkelijke Kodokan, is niet juist. Uiteindelijk is het zo, wat Hanon-sensei schrijft:
Ik schreef in mijn boodschap over tai otoshi dat elke hoog-getalenteerde judoka die deze techniek als zijn tokui waza (favoriet) kiest kleine maar veelbetekende verschillen er in maakt. Dit is niet uniek voor Hirano sensei of Watanabe Kisaburo sensei, Kaminaga Akio sensei etc, die allemaal een geweldige tai otoshi hadden. Al deze versies pasten bij hun lichamelijke gestel, hun psychologie en hun spirit. Niemand kan proberen hun waza te kopieren en niemand zou dat moeten willen, of je bent geschift. We zijn geen klonen van onze sensei en iedere leerling die zich ontwikkelt en zelf leraar wordt, zal een eigen weg hebben om elke waza in de gokyo uit te voeren.
(Mike Hanon, Judoforum 13-7-2008)
En daarom is er nog wel een Busen-traditie, maar bestaat er geen echte Busen meer.
Om de Busen in de termen van onze tijd te begrijpen zou onmogelijk zijn. De training en discipline zouden in onze tijd nooit meer worden getolereerd. De meeste Busen waren afstammelingen van de Samurai. De bushido-code zal sterven met Awazu Sensei. Het is misschien het beste zo?
(Mike Hanon, Judoforum 18-9-2008)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten